Columnist
Nieuwe columniste Marloes IJpelaar is niet bang voor controverse: ‘Het maakt me niet uit of mensen het met me oneens zijn.
Koningsbosch – Ze vond dat het tijd werd voor een jonge, vrouwelijke columniste in deze krant. Daarom trok Marloes IJpelaar (29) de stoute schoenen aan en mailde ze de hoofdredactie van ‘De Limburger’ met de vraag of zij deze rol niet kon vervullen. En zo geschiedde: vanaf maandag is er wekelijks een column van IJpelaar te lezen in het katern ‘Leef’. Een kennismaking.
Interview
Lieke Mooren – Zondag 8 september
Gekleed in een shirt van Fortuna Sittard verschijnt Marloes IJpelaar (29) in een online videogesprek. „Zoals je ziet heb ik mijn sportkleding nog aan, maar gelukkig ruik je me toch niet”, zegt ze lachend. Gewassen of niet, IJpelaar draagt weer haar ‘thuistenue’ na jarenlang niet in Limburg, maar in Utrecht en Amsterdam te hebben gewoond. Voor dit gesprek heeft ze plaatsgenomen in de rood betegelde keuken van haar woning in Koningsbosch. Dit huis betrok ze een jaar geleden met haar vriend. Het was deze vriend – nota bene een rasechte Amsterdammer – die voorstelde samen naar het zuiden te verhuizen. „Je lijkt veel gegronder als je daar bent”, had hij gezegd. En zo keerde IJpelaar terug naar haar geliefde provincie. Een pied-à-terre in Utrecht – haar voormalige studentenkamer – verbindt IJpelaar nu nog met haar werk in de culturele wereld in de Randstad.
Club Lam
De afgelopen jaren was IJpelaar alweer wat vaker in Limburg te vinden. Met haar feministische theatergezelschap Club Lam, waarin IJpelaar de rol van artistiek leider vervult, maakt ze voorstellingen in onder andere Sittard en Venlo. Tijdens haar studie aan de toneelschool in Utrecht richtte ze het gezelschap samen met Ella Kamerbeek op. Het ontstond vanuit een behoefte om meer vrouwvriendelijke rollen te scheppen op het toneel. „Ik had op de toneelschool gezien hoe goed Ella was, maar toen ze op zoek ging naar rollen, kreeg ze steeds hetzelfde stereotyperende karakter opgeplakt. Dat deed haar geen recht. Vanuit die motivatie ontstond Club Lam. We zijn onze eigen voorstellingen gaan maken, met een hoofdrol voor historische vrouwelijke figuren die we moderne vraagstukken voorlegden. Met deze voorstellingen wilden we bezoekers prikkelen en laten nadenken over vrouw-zijn.”
Column: Voor het uitspreken van onze mening belanden we gelukkig niet meer op de brandstapel
Afgelopen week, tijdens het Nederlands Theater Festival, nam ik deel aan een paneldebat over het recensieklimaat in de toneelwereld. De discussie ging over de noodzaak van eerlijkere en genuanceerdere kritiek. Nog voordat ik iets had gezegd, kreeg ik complimenten van de andere panelleden – allemaal recensenten en een zakelijk leider, maar geen enkele andere theatermaker.
Marloes IJpelaar
16 sept 13:12
Ze vonden het „moedig” dat ik als maker voor mijn mening opkwam. Na afloop kwamen collega-makers naar me toe. „Wat fijn dat jij wél iets durft te zeggen,” zeiden ze. „Wij zouden dat niet aandurven.” Als theatermaker die kritiek uitte op critici, begaf ik me op glad ijs. Op dat moment realiseerde ik me dat het uitspreken van een mening soms voelt als een daad van rebellie. Het lijkt of je, zodra je openlijk je standpunt deelt, automatisch tot de bedreigde diersoorten behoort. Maar ik spreek me niet uit om te rebelleren; ik doe het omdat ik geloof dat zo veel mogelijk stemmen vertegenwoordigd moeten worden. Als ik daar niet was gaan zitten, wie had dan het perspectief van de theatermaker gedeeld?